Onderwijs in Cambodja
Tijdens de kerstvakantie van schooljaar 2016-2017 heb ik Cambodja bezocht. Ik was nieuwsgierig of inclusie daar ook een thema zou zijn en was op zoek naar een antwoord op de vraag of verplicht onderwijs een garantie is dat iedereen onderwijs krijgt. Om een goed beeld te krijgen van het onderwijs is het goed om eerst stil te staan bij de geschiedenis van Cambodja, een land dat herstellende is van oorlog. Wanneer je met mensen spreekt, lijkt die – hoewel het om veel meer gaat dan alleen deze gruwelijke periode − voor hen vooral te gaan over de periode van de Rode Khmer: van 1975 tot januari 1979.
De geschiedenis
Cambodja is een constitutionele monarchie met als staatshoofd koning Norodom Sihamoni. De premier van het land is Hun Sen. Zijn regeringsperiode loopt al sinds 1985.
Tot 1350 is Cambodja onderdeel geweest van het Khmer-rijk. Dit rijk strekte zich uit over grote delen van Zuidoost-Azië. Naast Cambodja maakten ook het huidige Vietnam, Laos en Thailand er deel van uit. Vanaf het midden van de vijftiende eeuw tot aan de komst van de Fransen in 1863 heeft het land veel zwakke leiders gekend. Dit heeft Cambodja veel verlies van land en rijkdom gekost. De glorie uit de Khmer-tijd heeft het sindsdien niet meer gekend.
Tussen 11 augustus 1863 en november 1953 werd Cambodja geregeerd door Frankrijk, eerst als onderdeel van het Franse protectoraat en vanaf 8 november 1949 binnen de associatie met Frankrijk. Op 9 november 1953 was de onafhankelijkheid van Cambodja, onder leiding van koning Norodom Sihanouk, een feit, maar de politieke onrust hield aan. Cambodja werd tijdens de Vietnamoorlog (1970-1975) zwaar getroffen. In oktober 1970 werd Sihanouk afgezet door generaal Lon Nol, die de Khmer-republiek uitriep.
In 1975 werd de regering van Lon Nol omvergeworpen door de Rode Khmer onder leiding van Pol Pot. Hij stichtte de Democratische Kampuchea. Tijdens dit schrikbewind werd naar schatting ongeveer vijfentwintig procent van de Cambodjaanse bevolking vermoord.
In 1978 vielen de Vietnamezen Cambodja binnen. Zij maakten op 7 jan 1979 een einde aan het regime van Pol Pot. Hierna heerste er jarenlang burgeroorlog. De laatste Rode Khmer-
guerrillero’s (in de jungle in de grensgebieden met Vietnam) gaven zich in de jaren 1990 over.
Van 1991 tot 1993 bestuurden de Verenigde Naties (UNTAC) het land. In 1993 werden er voor het eerst verkiezingen gehouden. Tot het aantreden van de huidige koning, Sihamoni, in 2004, was het onrustig in Cambodja, en er is tot op heden nog steeds geen sprake van een werkelijke democratie. De banden tussen de regering en Vietnam zijn hecht. De koning heeft een Vietnamese vader en de president komt uit Vietnam.
Het onderwijs in Cambodja
De druk op de Cambodjaanse regering om goed onderwijs te organiseren is groot. Nog altijd lijdt het land onder de gevolgen van de Rode Khmer-jaren. Er kwamen meer dan twee van de acht miljoen inwoners om als gevolg van de collectieve deportatie van stedelingen naar het platteland, door executies, honger en ziekte.
De Rode Khmer voerde een schrikbewind waarin hoogopgeleiden, vrouwen en kinderen niet werden gespaard. Dit om te voorkomen dat zij later als getuigen zouden kunnen dienen tegen het gevoerde bewind. Gevolg van de uitroeiing is een totaal gebrek aan een onderwijstraditie. De hoogopgeleide elite is verdwenen en ook de kunstenaars en leraren zijn vermoord tijdens de jaren van Pol Pot. Het kost nog altijd moeite om dit opleidingsgat te vullen. Ongeveer vijfenzestig procent van de bevolking is analfabeet, van wie achtenzeventig procent vrouw. Meer dan procent van de bevolking is jonger dan veertien jaar.
Er zijn nog zeker drieduizend dorpen zonder school. Kinderen volgen hier soms een vorm van onderwijs op een geïmproviseerde plek. Daar waar de overheid wel onderwijs heeft ingericht, zijn er weinig of geen onderwijsmiddelen en materialen beschikbaar. Ook zijn de gebouwen te klein om alle kinderen op te vangen.
Slechts twee op de vijf Cambodjanen boven de vijfentwintig jaar heeft een voltooide schoolopleiding. Heel veel kinderen gaan hoe dan ook niet naar school. Ouders zien er het nu niet van in en hebben hun kinderen nodig om te werken.
Het aantal particuliere en internationale scholen groeit. Dit draagt niet bij aan goed algemeen beschikbaar onderwijs voor alle kinderen doordat goede leerkrachten de gemeentescholen verlaten en het lesgeven op een privéschool verkiezen boven een gemeenteschool, waar ze veel beter betaald krijgen.
De schoolgelden
De overheid heeft beperkt budget voor onderwijs. Efficiënt besteden is daarom erg belangrijk. Om deze reden zijn de lokale schoolbesturen verantwoordelijk voor het budget. Zo kan er per provincie gekeken worden welke behoeften er zijn. Voor verbeteringen dienen de schoolbesturen bij hun eigen provincie een financieringsaanvraag in. De provincie verdeelt alle gelden over de besturen.
De prioriteit ligt vooral bij het naar school gaan van kinderen. Hierbij is inclusie een vanzelfsprekendheid. Er zijn verschillende organisaties die helpen bij het verbeteren van het onderwijs in Cambodja. Zo heb ik bijvoorbeeld een ‘plan school’ bezocht. Ook VSO, Unicef, ASML Foundation, DFID dragen hun steentje bij. Een van de scholen die ik heb bezocht wordt ondersteund door Japan, waarbij ze gebruikmaken van Japanse studenten.
Door het gebrek aan geld is er een groot tekort aan schoolmiddelen. Zo bezocht ik een school waar wel stoeltjes, maar geen tafels stonden, en was ik op een school waar de ouders een uitwisbaar schrijfbord moesten kopen voor hun kind omdat er geen schriften waren.
De verschillen tussen de scholen zijn groot.
Een van de redenen dat het onderwijs in Cambodja ondermaats is, is het gebrek aan goed onderwijsmateriaal. Daarnaast is de educatie zeer basaal en vooral gericht op lezen en rekenen, en over de geschiedenis van het land leren de kinderen weinig.
Schoolklas in de omgeving van Siem Reap
De schoolorganisatie
Alle kinderen zouden onderwijs moeten volgen, maar ondanks het feit dat veel kinderen niet naar school gaan, is er een capaciteitsprobleem. Zo bezocht ik een school met drieduizend leerlingen die in twee ploegen naar school gingen. De eerste groep ging van 09.00 tot 13.00 uur en de tweede van 13.00 uur tot 17.00 uur. De scholen zijn open van maandag tot en met zaterdag. De klassen zitten overvol; dertig tot vijftig leerlingen in een lokaal is heel normaal. De directies die ik heb gesproken, gaven allemaal aan dat het tekort aan docenten een enorm probleem is. Dit levert een nevenprobleem op dat ze niet willen hebben binnen de school en waar ze het niet graag over hebben. Ouders die ik heb gesproken, benoemen het een stuk gemakkelijker wanneer ze merken dat je weet waar het om gaat: corruptie. Ouders vertellen dat hun kinderen vier keer per jaar een rapport meekrijgen. Hierin zit regelmatig een briefje van de leerkracht waarin wordt aangegeven dat er geld wordt verwacht in ruil voor goede cijfers. Natuurlijk wil de directeur dit niet hebben. Hij controleert er ook op en gaat erover in gesprek met docenten, maar wanneer die blijven ontkennen, is er heel moeilijk iets tegen te doen.
De schoolkinderen
In zijn algemeenheid zijn de mensen in Cambodja erg vriendelijk en goedlachs. De kinderen zijn bijzonder enthousiast. Ze komen op je af rennen en vragen in het Engels hoe het met je gaat, wie je bent, waar je vandaan komt en hoe oud je bent. Deze benadering levert een blij verrast gevoel op wanneer je het schoolplein op loopt, en even krijg je de indruk dat er sprake is van onderwijs op een behoorlijk niveau. Als je echter een gesprekje met ze probeert te voeren dat verdergaat dan de standaardzinnen die ze hebben geleerd, blijkt direct dat ze een stuk minder bedreven zijn in de taal dan op het eerste oog leek.
Kinderen in Cambodja dragen blauw–witte kleding. Alle leerlingen dragen een witte blouse, de jongens combineren die met een blauwe broek en de meisjes met een blauwe rok. Dit is echter lang niet op alle scholen een uniform. Er zijn dus verschillen zichtbaar, maar wel altijd binnen een blauw-wit kader.
Tot slot
Cambodja is een land met veel mogelijkheden en tegelijkertijd als ontwikkelingsland heel kwetsbaar. De relatie tussen Vietnam en Cambodja is ingewikkeld. In de huidige regering zit een vicepresident die onderdeel heeft uitgemaakt van het Pol Pot-regime. Verkiezingen hebben tot nu toe niet voor verandering in deze situatie gezorgd. Dit lijkt vooral te maken te hebben met een gebrek aan kennis over de eigen geschiedenis bij veel mensen. Met name de oudere generatie heeft sterk het gevoel door de Vietnamezen bevrijd te zijn van Pol Pot. Ondanks dat er formeel sprake is van een democratie heeft de staatsinrichting veel weg van een dictatuur.
Naast Vietnam is China een andere grootmacht binnen Cambodja. China investeert er veel in gebouwen. Dit gebeurt in samenspraak met de regering en levert op de korte termijn werkgelegenheid op. De grote vraag is alleen voor wie al deze gebouwen worden gebouwd.
Het onderwijs in Cambodja heeft nog een flinke inhaalslag te maken. Dit moet met beperkte middelen gebeuren. Wel zijn er veel organisaties die zich inzetten voor het verbeteren van het onderwijs. Verschillende scholen kennen sponsorcontracten waarmee er meer middelen beschikbaar komen. Nog lang niet alle kinderen in Cambodja gaan naar school. Het zou mooi zijn als meer kinderen gebruik gaan maken van onderwijs en als ouders ervan overtuigd raken dat educatie en ontwikkeling niet alleen hun kinderen maar het hele land verder helpen.